24
sep

Wat is ‘Verhoogde tegemoetkoming’?

Geschreven door BONDGENOOT ZZ
Personen met een laag inkomen hebben recht op de verhoogde tegemoetkoming. Zij betalen minder voor gezondheidszorg en hebben nog andere financiële voordelen.
Begin 2014 ging een nieuwe regeling in, waarbij de regeling verhoogde tegemoetkoming en het Omnio-statuut werden samengevoegd tot één eenvormige regeling. De benaming ‘Verhoogde tegemoetkoming’ blijft bestaan.
In bepaalde gevallen krijg je de verhoogde tegemoetkoming automatisch zonder dat je een aanvraag moet doen bij het ziekenfonds. Dit is het geval wanneer je bepaalde uitkeringen ontvangt (leefloon, inkomensgarantie voor ouderen, gewaarborgd inkomen voor bejaarden, inkomensvervangende tegemoetkoming, integratietegemoetkoming, tegemoetkoming hulp aan bejaarden, toeslag bij de kinderbijslag wegens handicap van het kind met een erkenning van minstens 66 procent ongeschiktheid of 4 punten op de eerste pijler van de medisch sociale schaal), of wanneer je bij het ziekenfonds ingeschreven bent in de hoedanigheid van wees of niet-begeleide minderjarige vreemdeling.
Als je niet automatisch recht hebt op de verhoogde tegemoetkoming kan je een aanvraag indienen bij je ziekenfonds. Om effectief recht te hebben, moet je wel kunnen bewijzen dat je bruto belastbaar gezinsinkomen het voorbije kalenderjaar lager was dan 16 965,47 euro, verhoogd met 3 140,77 euro per bijkomend gezinslid (bedragen geldig voor aanvragen in 2015).
Bepaalde doelgroepen met stabiele lage inkomsten moeten niet de inkomsten van een heel jaar bewijzen. Zij moeten enkel de inkomsten bewijzen die bestonden in de maand die voorafging aan de aanvraag. Concreet gaat het om de groep van gepensioneerden, mindervaliden, weduwen en weduwnaars, personen die een invaliditeitsuitkering ontvangen, ambtenaren die in disponibiliteit geplaatst zijn en wiens ziekteperiode minstens één jaar bedraagt, militairen die tijdelijk maar minstens één jaar uit hun ambt zijn ontheven door ziekte, eenoudergezinnen, arbeidsongeschikten of gecontroleerde werklozen die gedurende minstens één jaar ononderbroken arbeidsongeschikt of volledig werkloos zijn geweest